Femke, een leerkracht in het vierde leerjaar aan de Europaschool in Genk heeft een manier gevonden om al haar leerlingen te betrekken in een krachtige taalleeromgeving. Carolien Frijns, lector en onderzoekster aan de Arteveldehogeschool, interviewde Femke om erachter te komen hoe ze zo'n omgeving in haar klas creëert. 

Bij het begin van de les is het meteen duidelijk dat Femke afwijkt van de traditionele lesvorm. Ze verzamelt haar leerlingen in een kring om te bespreken wat er vandaag op de planning staat, maar er is ook ruimte om te praten over wat zich afspeelt buiten de schoolmuren. Er ontstaan automatisch gesprekken waardoor taalvaardigheid wordt gestimuleerd. 

Femke: "De leerlingen kunnen op hun eigen tempo praten, ze nemen hun spreekkans wanneer ze dat willen. Ik zal nooit een leerling verplichten om te praten. Die voorwaarde van veiligheid is voor mij essentieel."
 

LESTIP: Voor het 25-jarig bestaan van de school wordt een groot feest georganiseerd. Daar hoort natuurlijk een uitnodiging bij en daar ziet juf Femke een taalles in. Het eerste deel van de les bestaat uit het bekijken van wat een uitnodiging is en wat de verschillende delen zijn. Daarna gaan de leerlingen zelf aan de slag. Ze mogen leerkrachten en ander personeel interviewen en hun eigen uitnodiging in groep ontwerpen. Zo denken ze actief na over wat gaan ze vragen, wie ze interviewen en voor welk publiek ze schrijven. Tijdens het interviewen en het gehele proces moeten de kinderen ook letten op hun uitspraak en articulatie. Ze zijn bezig met taal zonder het door te hebben concludeert Femke.


Om een krachtige taalleeromgeving te garanderen is er naast een goed kringgesprek en creatieve lessen ook inspraak nodig. Femke: “Denk niet als leerkracht dat je het allemaal weet en het zo goed is. Uiteindelijk zijn het de leerlingen die in de klas zitten en vaak komen de beste antwoorden en oplossingen van hen. Een grotere inspraak zorgt ook voor motivatie en verantwoordelijkheid wat dan weer leidt tot een betere dynamiek.”

Lees verder onder de video.

(Bron: Klasse)

Er is ook ruimte voor de thuistaal van de leerlingen. De anderstalige nieuwkomers in de klas van juf Femke worden niet tegengehouden omdat ze het Nederlands nog niet helemaal beheersen. Wanneer een leerling na het proberen in het Nederlands de woorden niet meer vindt, wordt er in de thuistaal verder gesproken. Zo wordt het kind niet afgeremd en kan het zijn of haar verhaal afmaken. Daarna vertalen de leerlingen die de thuistaal en het Nederlands machtig zijn wat er werd gezegd en zo hoort het kind alles nog eens in het Nederlands. Frijns benadrukt dat je door het toelaten van de thuistaal in de klas je ook de identiteit van de leerling ziet. 

De leerlingen krijgen ten slotte naast inspraak ook veel beslissingsrecht. Wanneer er bijvoorbeeld te weinig tijd is om iedereen aan het woord te laten komen, wordt er gezocht naar een goede oplossing samen met de leerlingen. Frijns: “In deze situatie zijn kinderen volwaardige participanten in het klasleven. Juf Femke stelt denkontwikkelende vragen wat aanleunt bij de actief productieve stijl. Daarnaast belichaamt Femke perfect het model van krachtige taalleeromgeving. Dat betekent inzetten op een veilig klimaat, warme en sterke relaties en een fijn klasgevoel, maar daarbij schotelt ze haar leerlingen ook stevige uitdagingen voor.”

Op het einde van de video vat Frijns het geheel van een krachtige taalleeromgeving samen met een metafoor: “Je kan taalverwerving vergelijken met het groeien van een boom. Een boom groeit niet zomaar, het heeft een voedingsbodem nodig en een fijne plek. De leerkracht moet zich dus afvragen hoe kan ik die bodem vruchtbaar maken voor alle kinderen in mijn klas?"